skip to Main Content
Almelo, Adastraat 1 0546 - 82 25 55 Nijverdal, Maximastraat 4 0548 – 85 50 00

Bron van inkomen ontbreekt omdat er geen sprake is van een objectieve voordeelsverwachting

Bron van inkomen ontbreekt omdat er geen sprake is van een objectieve voordeelsverwachting

18-06-2020

Auteur(s): mr. A. Fase

Samenvatting

Belanghebbende is in december 2011 gestart met een webshop waarin zij tabakgerelateerde producten verkocht. In de aangifte IB/PVV 2015 heeft belanghebbende een winst uit onderneming van nihil aangegeven en een ondernemersaftrek en een MKB-winstvrijstelling opgevoerd. Ook over de jaren 2011-2014 en 2016-2017 heeft belanghebbende geen winst uit onderneming aangegeven. Per 1 juli 2017 heeft belanghebbende de activiteiten in de webshop beëindigd. In de periode van 2011 tot en met 2017 heeft belanghebbende uitsluitend negatieve resultaten behaald. In geschil is onder meer of de werkzaamheden van belanghebbende met de webshop een bron van inkomen vormen en meer in het bijzonder of sprake is van een objectieve voordeelsverwachting. Deze laatste vraag dient in beginsel te worden beantwoord op basis van feiten en omstandigheden van dat jaar. Feiten en omstandigheden van andere jaren kunnen echter licht werpen op het antwoord op de vraag of in het betreffende jaar sprake is van een objectieve voordeelsverwachting, en mogen daarom mede in aanmerking worden genomen. Omdat belanghebbende een negatief resultaat in aanmerking wil nemen, ligt de bewijslast ter zake bij belanghebbende. Belanghebbende is in deze bewijslast niet geslaagd. Zij heeft onvoldoende duidelijk gemaakt waaraan zij in 2015, objectief bezien, de verwachting kon ontlenen dat met de onderhavige activiteiten, in weerwil van de negatieve resultaten, positieve opbrengsten konden worden behaald. Bovendien kan worden vastgesteld dat tot op heden de verwachting van belanghebbende omtrent de gestelde omzetontwikkeling en de daarmee te behalen positieve resultaten niet zijn uitgekomen. De positieve verwachting van belanghebbende ten aanzien van het te behalen voordeel was objectief bezien niet gerechtvaardigd. Dit brengt mee dat de activiteiten niet kunnen worden aangemerkt als een bron van inkomen.

(Hoger beroep ongegrond.)

Commentaar

Om in aanmerking te kunnen komen voor de ondernemersaftrek dient onder andere sprake te zijn van een bron van inkomen. Het gaat om de vraag of in redelijkheid voordeel viel te verwachten uit de activiteiten van belanghebbende. Terecht stelt het hof voorop dat deze vraag dient te worden beantwoord op basis van feiten en omstandigheden van het jaar waarover het gaat (in casu 2015). Feiten en omstandigheden van andere jaren kunnen echter licht werpen op het antwoord op de vraag of in het betreffende jaar sprake is van een objectieve voordeelsverwachting en mogen daarom mede in aanmerking worden genomen. Dit is beslist in HR 24 juni 2011, nr. 10/01299, NTFR 2011/1705 (met betrekking tot iemand die muzikale optredens verzorgde) en HR 15 juni 2012, nr. 11/03392, NTFR 2012/1563 (inzake een paardenfokkerij). Als vaststaat dat nimmer enige winst is behaald met de activiteiten en de activiteiten inmiddels zijn gestaakt, dan vormt dit een sterke aanwijzing voor het ontbreken van een objectieve voordeelsverwachting en zal veelal een bon van inkomen ontbreken, zo ook in casu. Voor de veelheid aan jurisprudentie hierover verwijs ik naar het commentaar op art. 3.2 Wet IB 2001 in NDFR.

Voetnoten

1) mr. A. Fase, Mr. A.A. Fase is werkzaam als rechter bij Rechtbank Noord-Holland.

Terug naar nieuws