Een van de andere maatregelen die tijdens – en in verband met – de coronacrisis – genomen zijn op het gebied van vastgoed betreft de (tijdelijke) spoedwet ‘Verlenging tijdelijke huurovereenkomsten’.
Hiertoe heeft minister van Veldhoven voor Milieu en Wonen een spoedwetsvoorstel gemaakt, getiteld: ‘Tijdelijke wet verlenging tijdelijke huurovereenkomsten’.
Kern van die spoedwetgeving is dat tijdelijke huurcontracten voor een tijdelijke periode verlengd kunnen worden gedurende de coronacrisis. Kern van die wetgeving is dat – tijdelijk – aflopende huurovereenkomsten toch kunnen worden verlengd. Hiermee biedt de wetgever een oplossing voor verhuurders en huurders waarvan het tijdelijke huurcontract afloopt tijdens deze coronacrisis.
Huurcontracten die voldoen aan de vereisten kunnen eenmalig verlengd worden met maximaal drie (3) maanden en tot uiterlijk 1 september 2020. Indien de coronacrisis langer duurt is het mogelijk om deze spoedwet te verlengen.
Deze nieuwe wet geldt voor elk huurcontract dat voldoet aan de volgende eisen: (1) het betreft een tijdelijke huurovereenkomst; (2) die eindigt tussen 1 april 2020 en 30 juni 2020.
Waarom is deze spoedwetgeving nodig? Dat is gelegen in het feit dat op dit moment het niet mogelijk is om een tijdelijk huurcontract te verlengen voor een korte periode. Het is immers enkel mogelijk om een tijdelijk huurcontract te verlengen tot een contract voor onbepaalde tijd.
Omdat het wel verstrekkend is voor een verhuurder om een tijdelijk contract om te zetten in een contract voor onbepaalde tijd, is de kans aanwezig dat een verhuurder dit wil voorkomen en het tijdelijke contract opzegt, dit terwijl de verhuurder wellicht best nog een verlenging zou wensen. Een andere reden is dat men wil voorkomen dat mensen uit hun huis worden gezet terwijl ze in coronatijden wellicht lastiger een vervangende woning kunnen vinden.
Hoe werkt het? Huurders krijgen de mogelijkheid een tijdelijke verlenging aan te vragen bij hun verhuurder. Indien de verhuurder voor 1 april 2020 reeds nadere afspraken had om bijvoorbeeld de woning te verkopen, te slopen of te renoveren, dan is de verhuurder niet verplicht dat verlengingsverzoek na te komen . Een andere reden voor een verhuurder om die tijdelijke verlenging niet te accepteren is indien de verhuurder zelf in het huis wil gaan wonen of indien de huurder zich niet als goed huurder heeft gedragen.
Minister van Veldhoven heeft in het persbericht van 6 april 2020 nog een en ander toegelicht: ‘In deze tijden is het voor huurders lastig om te zoeken naar andere woonruimte. Zeker als mensen ook nog te maken hebben met bijvoorbeeld quarantaine, ziekte, ontslag of dubbele diensten in de zorg. Daar is deze spoedwet een oplossing voor.’