skip to Main Content
Almelo, Adastraat 1 0546 - 82 25 55 Nijverdal, Maximastraat 4 0548 – 85 50 00

Door afstoten zorgtaken verliest stichting anbi-status

Samenvatting

Belanghebbende is op 1 januari 2017 opgericht in het kader van een juridische fusie tussen twee stichtingen die de status van algemeen nut beogende instellingen (anbi) hadden. Na de fusie heeft belanghebbende hun activiteiten op het gebied van gezondheidszorg en ouderenzorg voortgezet. Belanghebbende is met ingang van de datum van oprichting aangemerkt als anbi.

In het kader van een herstructurering brengt belanghebbende haar activiteiten onder in drie bv’s waarvan zij enig aandeelhouder is. De bv’s voeren de feitelijke zorgtaken uit. De activiteiten van belanghebbende bestaan uit het bepalen van het beleid van de bv’s en de uitvoering daarvan. Verder houdt belanghebbende zich bezig met taken op concernniveau, de directievoering en het overleg met ketenpartners. Ook stelt belanghebbende het ziekenhuisgebouw met apparatuur ter beschikking.

Naar aanleiding van deze herstructurering is de anbi-status van belanghebbende met terugwerkende kracht tot het moment van de herstructurering ingetrokken.

De rechtbank overweegt dat de doelstelling van belanghebbende na de herstructurering weliswaar het verlenen en bevorderen van een goede gezondheidszorg is, maar dat haar activiteiten primair en rechtstreeks het algemeen belang moeten dienen wil zij de anbi-status kunnen krijgen. De rechtbank overweegt vervolgens dat belanghebbende zich na de herstructurering enkel bezighoudt met beleidstaken en taken op concernniveau en dat de bv’s de daadwerkelijke zorgtaken uitvoeren. De rechtbank oordeelt dat hoewel de activiteiten van belanghebbende onontbeerlijk zijn voor het functioneren van de bv’s, dit niet betekent dat belanghebbende ook geacht wordt activiteiten op het gebied van de gezondheidszorg uit te voeren. De inspecteur heeft derhalve terecht de anbi-status van belanghebbende ingetrokken.

(Beroep ongegrond.)

Commentaar

Deze fusiestichting heeft de anbi-status gekregen, in navolging van de twee stichtingen die de fusie zijn aangegaan. Het gaat om activiteiten op het gebied van gezondheidszorg en ouderenzorg. Vervolgens heeft de fusiestichting een herstructurering doorgevoerd, waardoor de activiteiten in drie bv’s zijn ondergebracht, waarvan de stichting de enig aandeelhouder is en waarover zij de directie voert. Dat betekent echter dat de stichting zelf geen algemeen nuttige activiteiten meer heeft en dus niet meer aan een belangrijke voorwaarde voor de anbi-status voldoet. De doelstelling in de statuten klopt nog wel helemaal, alleen zijn de activiteiten uitbesteed aan de bv’s.

Dat dit misgaat voor de anbi-status klopt helaas met de regelgeving. Ik vind de ‘doorkijkbenadering’ die de stichting naar voren brengt sympathiek klinken, maar helaas wordt die niet ondersteund door art. 1a Uitv.reg. AWR 1994 en de bijbehorende toelichting.

Een betere oplossing zou zijn om een structuur met aparte stichtingen te maken, die een bestuurlijke eenheid vormen qua Raad van Toezicht en eventueel bestuur/directie. Ik denk dat de redenen voor de herstructurering zijn geweest dat de organisatie zo beter ingericht kon worden en dat er spreiding van aansprakelijkheid zou komen, maar dat kan ook bereikt worden met een groep van stichtingen. Die zouden wél de anbi-status kunnen krijgen, en als een van de stichtingen dan zelf geen activiteiten zou hebben, zou die als steunstichting toch ook als anbi kunnen worden aangemerkt op grond van art. 5b, lid 3, onderdeel m, AWR. Zo’n structuur zou ook nog gunstiger kunnen zijn voor de vennootschapsbelasting. Klinkt minder stoer dan een groep met bv’s, maar werkt hier beter. En dat stoere hoeft ook niet; stichtingen passen beter in de gezondheidszorg en ouderenzorg.

28-05-2020

Auteur(s): dr. D. Molenaar

Dr. D. Molenaar werkt bij All Arts Belastingadviseurs en is als gastonderzoeker verbonden aan de Erasmus Universiteit Rotterdam

Terug naar nieuws